Motievenreflectie



Waar wil ik naar toe, wat wil ik bereiken?

Ik werk nu bij de buitenschoolse opvang. Daar zit ik goed op mijn plek. Ik hoop mijn enthousiasme te kunnen overbrengen aan de kinderen zodat ze ook een creatieve kant ontdekken. Of ze nou van muziek, kunst, theater of dans houden, het is altijd goed om creatief bezig te zijn. Nu mijn studie tijd er op zit wil ik me gaan bezighouden met het organiseren van muziek activiteiten voor de kinderen op de BSO. Naast muziek wil ik ook heel graag theater activiteiten gaan organiseren. Het lijkt me ook heel erg interessant om te gaan werken met projecten, dat kinderen langere tijd aan een bepaald doel kunnen werken op de BSO. Bijvoorbeeld talenten shows of grote kunst projecten.


Waar ben ik goed in?

Positieve sfeer brengen op de groep.
Ik vind het belangrijk dat ik met mijn positieve houding een bijdrage kan leveren aan de ontwikkeling van de kinderen. Ik lach en zeg goedemorgen als ik binnenkom. Zorg dat ik op tijd klaar zit voor de dag-bespreking en help ik mijn collega’s. Als de kinderen aan tafel komen zorg ik dat alles klaar staat en dat er duidelijkheid is over de rest van de dag. Als ik dan nog tijd over heb ga ik een praatje maken met de kinderen. Dan maak ik altijd grapjes of vertel ik iets vrolijks. Het liefst werk ik in een positieve sfeer dus wil ik daar zelf als eerste voor zorgen, dan kan ik anderen daarin meenemen.

Actief meedoen met het spel van de kinderen.
Met actieve spellen zoals buiten spelen of in de gymzaal doe ik altijd actief mee om een goed voorbeeld te geven en omdat ik dat zelf ook leuk vind. Ook met tekenen, knutselen of theater doe ik graag mee met de activiteiten van de kinderen. Ik merk dat kinderen het fijn vinden als je met ze meegaat in hun beleving en enthousiasme. Vaak probeer ik ze dan meer input te geven door middel van leuke ideeën of fantasierijke verhalen. Maar de meeste kinderen vinden het al gewoon leuk als ik mee tikkertje doe of mee ga voetballen.

Goed naar de kinderen luisteren.
Als kinderen naar mij toekomen met een probleem of een verhaal dan geef ik ze altijd aandacht. De kinderen moeten begrepen worden en het gevoel hebben dat ze altijd bij me terecht kunnen. Omdat ik altijd heel geduldig en vriendelijk ben merk ik dat de kinderen ook graag iets tegen mij komen vertellen. Het nadeel hiervan is dat ik teveel aandacht aan een kind kan geven zodat ik andere dingen (of kinderen) vergeet. Ik moet opletten dat ik de tijd goed verdeel waarin ik de kinderen aandacht geef.

Behulpzaam naar collega’s.
Ik ben een gevoelsmens en wil ook dat mijn collega's fijn werken. Dus vraag ik vaak aan mijn collega’s of alles goed gaat en of ik ergens mee kan helpen. Meestal reageren ze met ‘oh nee lukt wel, maar bedankt voor het vragen’ daar dan merk ik wel dat ze het fijn vonden dat ik het vroeg. Ik vind het belangrijk dat collega's goed met elkaar kunnen samenwerken.



Maak jouw eigen website met JouwWeb